maandag 29 januari 2018

Pas op de ventieldop

Ik had al wel verwacht dat het één dezer dagen eens zo mis zou gaan als gisteren het geval was. Immers, ik had vorig jaar juni de fiets uitgerust met een mooi klein handpompje van Topeak (Turbo Morph), ter vervanging van de grote lompe voetpomp, maar sindsdien het ding nooit van zijn plekje hoeven te halen. Zo'n lange onafgebroken periode met bandengeluk, dat moest wel een keer flink mis gaan.

Dat was dus gisteren.

Voordat ik ga fietsen controleer ik meestal de banden op steentjes of stukjes glas in het loopvlak. Dat leverde gisteren een aardige buit op. Linksvoor zat in de F-Lite een ogenschijnlijk minuscuul steentje maar toen ik 'm er met wat moeite uitgewipt had bleek dat enkel het topje van een ijsberg. "Goed dat ik daar niet verder mee fiets," dacht ik nog. Min of meer voor de vorm controleerde ik ook de Schwalbe Almotion achterband die al zo'n 12.000 km probleemloos zijn werk verricht. Tot mijn verrassing bleek daar een stuk glas van een paar millimeter in te zitten. Dit liet zo'n groot gat achter dat ik het verstandiger achtte om de band maar te 'bevorderen' tot reserve door 'm te wisselen met de ongebruikte Almotion die me de laatste twee jaar als bagage in de fiets van peace of mind voorzag.

Het vervangen van een achterband doe ik zelden. Vooral de enorme hoeveelheid zand in de wielkast maakte dat het langer duurde dan voorzien. Het is een lastig klusje te voorkomen dat er te veel zand binnen in de buitenband komt. Ik weet niet in welke mate zand het risico op lekken verhoogt, maar ik word wat onrustig van het idee met zand tussen te banden te fietsen.

Een half uur later dan gepland vertrok ik. Doel was ruwweg om over de Lekdijk richting Amerongen te gaan en dan wel te zien. Kort na mijn huis is een leuk klimmetje over de A27 waar ik me vaak laat opjutten, vooral als er brommers - vervloekt zijn ze, deze fijnstofkanonnen - in de buurt zijn. Vaak ga ik daar met dik 45 km/h omhoog maar nu amper 35. "Zou mijn leeftijd me parten beginnen te spelen? Hmm, de fiets stuurt ook al niet lekker". Een bocht naar rechts, "Wat helt de fiets!". Goed, wat heeft een mens nog meer nodig om te begrijpen dat hij na meer dan een half jaar weer een lek te pakken heeft?

Het lek linksvoor was redelijk snel gefixed. 'Pipi-Langkous' - Shredda linksvoor, F-Lite rechtsvoor - reed ik verder. Met de gefixte band ging het weer vertrouwd snel. Met de forse wind in de rug over de dijk naar Wijk bij Duurstede tikte ik af en toe de 50 km/h aan. Nog niet echt oud, gelukkig! Voorbij Wijk bij Duurstede, waar door het hoge water de parkeerplaats aan de haven niet meer van de haven zelf te onderscheiden was, hoopte ik weer van de rugwind te profiteren. Alweer sloeg de twijfel toe; "Is het normaal dat ik zo hard moet trappen om 43 te rijden?" en "Was de vering altijd al zo comfy?". De lezer begrijpt dat het weer eventjes duurde voordat ik besefte dat ik alweer een lek had.

De fiets op de Lekdijk in de berm op z'n zij gelegd. "Kijk, ik heb nog een gloednieuwe biba én nog een reserve F-Lite," sprak ik mezelf bemoedigend toe (jawel, ik fiets met twee reserve buitenbanden; voor het gewicht van een Shredda of F-Lite hoef je dat niet te laten). Met enige bravoure - ik voelde me al weer zeer ervaren in het verhelpen van een lek onderweg - draaide ik het ventieldopje van de biba, de handpomp in de aanslag. "Wat?! Waar is het ventiel?" Dat ventiel zat dus nog vast in het ventieldopje... Met geen mogelijkheid kreeg ik die twee van elkaar gescheiden. Niet door het ding weer terug te draaien in de band, niet door te wrikken en te trekken, zelfs niet door de remhandles als tang te gebruiken.

Ik vreesde dat ik nu gedwongen zou zijn om onderweg een band te moeten gaan plakken. Blijkbaar stond de vertwijfeling zo dik op mijn behelmde tronie dat ik een groepje voorbijrijdende wielrenners hoorde zeggen "Zullen we die eens helpen met aanduwen?". Ik kon ondanks de situatie wel lachen om die opmerking, maar tegen de verwachting in keerden ze nog om ook en vroegen me wat er scheelde.
Een tangetje hadden ze niet direct bij de hand maar één van hen lukte wat ik niet voor elkaar kreeg. Nadat hij dop en ventiel extra strak in de band gedraaid had ging het dopje er wel af zonder het ventiel mee te nemen.

's Avonds thuis voor de buis met de twee lekke banden op schoot prijsde ik me helemaal gelukkig dat ik niet onderweg had hoeven te plakken. Één van de banden werd pas luchtdicht nadat ik voor de derde keer een gaatje wist te vinden.