Op zoek naar een nieuwe stadsfiets ben ik tot de conclusie gekomen dat hedendaagse fietsontwerpers of -fabrikanten zelf nooit van hun eigen producten gebruik maken. Er is gewoon te veel wat niet klopt aan het ontwerp van de moderne stadsfiets. Het kopen van een goede stadsfiets is zo tot een drama geworden.
Ik ben eigenlijk helemaal niet zo veeleisend. Ik wil een fiets zonder versnellingen (of goed dan, met één versnelling) die verder vooral degelijk is en niet uitgerust met accessoires die ik niet of hooguit één keer gebruik. Is dit te veel gevraagd? In de huidige markt blijkbaar wel. Volg me maar eens in mijn aanklacht.
Om te beginnen, ik wil een stadsfiets zonder versnellingen. Dat is super degelijk en in ons vlakke Nederland heb je op de meeste plaatsen aan één versnelling genoeg. Zelf ben ik opgegroeid in Rhenen en woonde bovenop de Grebbeberg. Elke dag naar school, of naar welke plek dan ook, moest er geklommen of gedaald worden. Dat was altijd prima te doen met maar één versnelling.
Natuurlijk heeft het in theorie voordelen om wel versnellingen te hebben. Als ik op mijn racefiets of velomobiel goed snelheid wil maken over langere afstanden dan is het kunnen kiezen van het juiste verzet essentieel. Een derailleurversnelling zoals een racefiets heeft, is echter een onding op een stadsfiets. Ze zijn enorm onderhoudsgevoelig en kunnen bijvoorbeeld niet tegen wegen waarop zout gestrooid is. Als je dan niet na iedere rit je best doet ketting, derailleur, tandwielen en vrijloop te reinigen wordt het als snel één aan elkaar geklonterde brok roest en kan je helemaal niet meer fietsen. Geef een fiets met derailleur aan een kind en na één jaar is de fiets alleen nog maar met groot onderhoud te redden.
Het alternatief voor een derailleurversnelling is de naafversnelling. Lekker onderhoudsvrij, dus zonder het nadeel van de derailleur. De gevallen met maar 3 of 5 versnellingen bieden weinig voordeel. De juiste versnelling zit er doorgaans net niet bij. Vaak blijkt de naaf in het verzet dat ideaal zou moeten zijn ook veel wrijvingsverlies te hebben zodat je weer net niet het juiste verzet kunt kiezen.
Echt onderhoudsvrij is een naaf trouwens ook niet. Mijn ervaring is dat de juiste afstelling kritisch komt en na verloop van tijd vaak verloopt, meer dan het geval is bij een derailleurversnelling. Als de afstelling verloopt gaat de fiets dikwijls plots naar een lichtere of zwaardere versnelling, wat erg irritant fietsen is. Ik heb de indruk dat een naaf hierdoor na een paar jaar al versleten kan zijn, zeker als je gewend bent net wat meer vermogen te leveren.
Een goed versnellingssysteem is dus vooral nuttig op een fiets waarop je snel en of langere afstanden wilt rijden, maar dat wil ik met mijn stadsfiets niet.
Trouwens, ik en mijn huisgenoten hebben verschillende fietsen met naafversnelling gehad waarbij de shifter zo gemonteerd was dat als de fiets een keertje viel de bevestiging van de versnellingskabel afgebroken of vervormd was. Dat resulteert dan meteen in een fiets die niet goed meer schakelt en die zonder de juiste aandacht een naaf heeft die naar zijn grootje gaat. Het oerstomme hieraan is dat het probleem heel simpel op te lossen is door dit type shifter niet rechts maar links aan het stuur te monteren. Zo blijft 'ie na een val heel vanwege de bevestiging aan de afgeschermde binnenzijde. Waarom monteren fietsenmakers die shifters niet links? Willen ze dat de boel kapot gaat?
Een vergelijkbare ontwerpblunder is de moderne montage van de voorlamp. Tegenwoordig zit de voorlamp gemonteerd net boven het voorspatbord. Als vader van twee jongens weet ik hoe slecht die keuze is. Als een fiets eens valt en het stuur dubbel draait dan wordt de lamp er door de aanvaring met het frame afgebroken. Met de in de loop der jaren opgebouwde verzameling aan afgebroken - en niet te repareren! - voorlampen zou ik ondertussen mijn complete huis kunnen verlichten.
Over de voorlamp gesproken, in plaatst van de bewezen degelijke constructie van vroeger toe te passen, de lamp onderaan het stuur gemonteerd, zijn veel voorlampen wel steving gemonteerd, namelijk op een bagagedrager voor. Dat is dan wel een raar ding, zo'n bagagedrager. Ze lijken vooral bedoeld om aan een trendy beeld te kunnen voldoen maar echt functioneel is het niet. Zodra je iets met een beetje gewicht op die drager probeert te verplaatsen wordt de fiets schier onbestuurbaar. Sommigen rusten hun fiets zelfs, überhip, uit met een rieten mand of bierkrat. Heel fijn, het normaal plaatsen van je fiets in een stalling is nu helemaal onmogelijk geworden.
De remmen zijn nog zo'n ding. Vroeger hadden duurdere fietsen trommelremmen. Remt goed, vraagt weinig onderhoud, perfect. Tegenwoordig hebben fietsen in plaats van trommelremmen rollerbrakes. Waarin die een verbetering vormen ten opzichte van trommelremmen snap ik niet: als je over wat minder glad asfalt rijdt hoor ze je continu rammelen. Is het te veel gevraagd dat een fiets onder het rijden geen geluiden maakt?
Duidelijk is dat ik een nogal conservatieve smaak heb als het om stadsfietsen gaat. Vroeger wás het beter! Ik overwoog dus maar een klassieke Gazelle 'opafiets' te bestellen. Tot mijn schrik bleek die pas - ik maak geen grap - in 2023 geleverd te kunnen worden. Ook veel andere modellen blijken zeer slecht leverbaar. Van de fietsen die bij een landelijke winkelketen wel direct geleverd konden worden was er maar één die nog maar een klein beetje aan mijn eisen leek te voldoen. Ik had ondertussen mijn 'exorbitante' eisenpakket al teruggeschroefd tot "herenfiets", "in mijn maat" en "geen derailleur". Wat overbleef was één 'reguliere' Gazelle van krap 1000 ballen. Een fiets die ik eigenlijk in bijna ieder opzicht voor een stadsfiets slecht ontworpen vind. Bijvoorbeeld, lieve mensen bij Gazelle, wat is dat toch met die instelbare stuurpen waar jullie zo trots op zijn en altijd maar blijven noemen in jullie reklames, hoe vaak denken jullie dat ik na eerste keer instellen van de fiets de stand van het stuur nog wil veranderen? En dat zinloze onderdeel blijkt als vervangingsonderdeel een adviesprijs van € 183,95 te hebben..
Gelukkig werd ik net op tijd gered door de voorzienigheid. Net toen ik dacht om dan toch maar zo'n wanontwerp van een fiets in de winkelmand te gooien bleek dat het éne beschikbare exemplaar door een andere sukkel gekocht was.